Zo luidt de tweede vraagstelling binnen de nieuwe Ramadan campagne van de Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS). Via een videobericht op Facebook roept de NTS moslims op om op de bovenstaande vraag te reageren en met elkaar in gesprek te gaan.
Ramadan
Voor moslims is Ramadan een maand van tolerantie, liefdadigheid, verbroedering en bezinning. Een moment om ook stil te staan bij belangrijke levensonderwerpen, zoals orgaandonatie. Met een drietal stellingen stimuleert de Nederlandse Transplantatie Stichting moslims na te denken over hun wensen rond orgaandonatie. De gesprekken vinden plaats op Facebook onder begeleiding van islamitisch theologen MA Rafik Dahman en MA Sefa Bagci.
Interview Dahman en Bagci
Vorige week reageerden mensen op de vraag: “Is orgaandonatie een verboden aantasting van het lichaam?” Deze vraag is ook aan Rafik Dahman en Sefa Bagci in een interview voorgelegd. Dit interview en meer informatie over de campagne, zijn terug te vinden op de website van de NTS.
Neo-Kolonialisme: 14 Afrikaanse landen en de uitbuiting door Frankrijk
Complete artikel: http://www.siliconafrica.com (152x geklikt)
14 Afrikaanse landen door Frankrijk gedwongen koloniale belasting te betalen voor de voordelen van slavernij en kolonisatie
Auteur: Mawuna Remarque Koutonin
Weet je hoeveel Afrikaanse landen nog steeds koloniale belasting betalen aan Frankrijk sinds hun onafhankelijkheid tot vandaag!
Toen Sékou Touré van Guinee in 1958 besloot het Franse koloniale imperium te verlaten en koos voor nationale onafhankelijkheid, werd de Franse koloniale elite in Parijs zo laaiend, en in een historische daad van woede vernietigde de Franse regering in Guinee alles in het land wat stond voor wat zij de voordelen van Franse kolonisatie noemden.
Drieduizend Fransen verlieten het land, waarbij zij al hun eigendommen meenamen en alles vernielden wat vast zat: scholen, crèches, publieke regeringsgebouwen werden verpulverd; auto’s, boeken, medicijnen, onderzoeksinstrumenten, tractors werden vermorzeld en gesaboteerd; paarden, koeien in de boerderijen werden gedood, en voedsel in pakhuizen werd verbrand of vergiftigd.
Het doel van deze uitzinnige daad was om een duidelijk signaal te sturen naar alle andere koloniën dat de consequenties voor het verwerpen van Frankrijk zeer hoog zouden zijn.
Langzaam verspreidde zich angst door de Afrikaanse elite, en na de gebeurtenissen in Guinee vond niemand ooit de moed om het voorbeeld van Sékou Touré te volgen, wiens slogan was “We verkiezen vrijheid in armoede boven rijkdom in slavernij.” Sylvanus Olympio, de eerste president van de republiek Togo, een klein land in West-Afrika, vond een oplossing halverwege met de Fransen.
Hij wilde niet dat zijn land een Frans gebiedsdeel zou blijven, daarom weigerde hij het kolonisatie-voortzettings-pact te ondertekenen dat de Gaulle voorstelde, maar stemde in om een jaarlijkse schuld aan Frankrijk te betalen voor de zogenoemde voordelen die Togo ontving van Franse kolonisatie.
Het was de enige voorwaarde waaronder de Fransen het land niet zouden vernietigen voor vertrek. Echter, het bedrag dat werd geschat door Frankrijk was zo groot dat de terugbetaling van de zogenoemde “koloniale schuld” in 1963 40% van het landelijke budget benaderde.
De financiële situatie van het onlangs zelfstandig geworden Togo was erg instabiel, daarom besloot Olympio, met het doel om uit de situatie te geraken, uit de Franse koloniale munt FCFA te stappen (de Franc voor Franse Afrikaanse koloniën), en land’s eigen munt uit te geven.
Op januari 1963, drie dagen nadat hij was begonnen de eigen munt van zijn land te drukken, vermoordde een ploeg van ongeletterde soldaten gesteund door Frankrijk de eerste verkozen president van het nieuw zelfstandige Afrika. Olympio werd vermoord door een ex-legersergeant uit het Franse Legioen genaamd Etienne Gnassingbe die naar veronderstelling een premie van $612 van de lokale Franse ambassade heeft ontvangen voor de huurmoord.
De droom van Olympio was een zelfstandig en zelfvoorzienend en zelfredzaam land op te bouwen. Maar het idee stond de Fransen niet aan.
Op 30 juni 1962 besloot Modiba Keita, de eerste president van de republiek Mali, zich terug te trekken uit de Franse koloniale munt FCFA die was opgelegd aan 12 onlangs zelfstandig geworden Afrikaanse landen. Voor de Malinese president, die meer was genegen naar een socialistische economie, was het duidelijk dat het kolonisatie-voortzettings-pact met Frankrijk een val was, een obstakel voor de ontwikkeling van het land.
Op 19 november 1968 zou Keita, net als Olympio, het slachtoffer zijn van een staatsgreep gepleegd door een andere ex-Franse Legionair, de luitenant Moussa Traoré.
In feite zou Frankrijk, gedurende de turbulente periode waarin Afrika vocht om zichzelf te bevrijden van Europese kolonisatie, herhaaldelijk voormalige soldaten uit het Franse Legioen gebruiken om staatsgrepen uit te voeren tegen verkozen presidenten.
– Op 1 januari 1966 voerde Jean-Bédel Bokassa, een voormalige soldaat uit het Franse Legioen, een staatsgreep uit tegen David Dacko, de eerste president van de Centraal Afrikaanse Republiek.
– Op 3 januari 1966 werd Maurice Yaméogo, de eerste president van de Republiek van Oppervolta, nu Burkina Faso genoemd, slachtoffer van een staatsgreep uitgevoerd door Aboubacar Sangoulé Lamizana, een voormalige soldaat uit het Franse Legioen die met Franse troepen heeft gevochten in Indonesië en Algerië tegen de onafhankelijkheid van deze landen.
– Op 26 oktober 1972 voerde Mathieu Kérékou, die een lijfwacht was van president Hubert Maga, de eerste president van de republiek Benin, een staatsgreep uit tegen de president, nadat hij van 1968 tot 1970 Franse militaire lessen had gevolgd.
In feite, gedurende de laatste 50 jaar, vonden er 67 staatsgrepen plaats in 26 landen in Afrika, 16 van die landen zijn voormalige Franse koloniën, wat betekent dat 61% van de staatsgrepen heeft plaatsgevonden in Frans sprekend Afrika.
Aantal staatsgrepen in Afrika per land
Franse ex-koloniën Andere Afrikaanse landen
Land Staatsgrepen Land Staatsgrepen
Togo 1 Egypte 1
Tunisië 1 Libië 1
Ivoorkust 1 Equatoriaal Guinea 1
Madagascar 1 Guinea Bissau 2
Ruanda 1 Liberië 2
Algerijë 2 Nigerië 3
Congo – RDC 2 Ethiopië 3
Mali 2 Oeganda 4
Guinea Conakry 2 Soedan 5
SUB-TOTAAL 1: 13
Congo 3
Tsjaad 3
Burundi 4
Centraal Afrika 4
Niger 4
Mauritanië 4
Burkina Faso 5
Comoren 5
SUB-TOTAAL 2: 32
TOTAAL (1 + 2) 45 TOTAAL 22
Zoals deze cijfers laten zien is Frankrijk flink wanhopig maar actief om een sterke greep op hun koloniën te behouden tot iedere prijs, ongeacht wat dan ook.
In maart 2008 zei de Franse ex-president Jacques Chirac:
“Zonder Afrika zal Frankrijk wegzakken tot het niveau van een derde [wereld] macht”
Chirac’s voorganger François Mitterand voorspelde reeds in 1957 dat:
“Zonder Afrika Frankrijk geen rol zal spelen in de 21e eeuw”
Op dit moment waarop ik dit artikel schrijf zijn 14 Afrikaanse landen door Frankrijk verplicht, via een koloniaal pact, om 85% van hun buitenlandse reserves in de Franse centrale bank te plaatsen onder toezicht van de Franse minister van financiën. Tot nu, 2014, Togo en ongeveer 13 andere Afrikaanse landen moeten nog steeds koloniale schuld betalen aan Frankrijk. Afrikaanse leiders die weigeren worden vermoord of het slachtoffer van een staatsgreep. Zij die gehoorzamen worden gesteund en beloond door Frankrijk met een kwistige levensstijl terwijl hun bevolking extreme armoede en wanhoop te verduren heeft.
Het is zo’n kwaadaardig systeem, zelfs veroordeeld door de Europese Unie, maar Frankrijk is er niet aan toe om dat systeem dat jaar in jaar uit 500 miljard dollar uit Afrika aan zijn schatkist toevoegt achter zich te laten.
We beschuldigen vaak Afrikaanse leiders van corruptie en het dienen van de belangen van westerse landen, maar er is een duidelijke verklaring voor dat gedrag. Zij gedragen zich zo omdat ze bang zijn te worden vermoord of slachtoffer te worden van een staatsgreep. Zij willen een machtig land dat hen steunt voor als zich agressie of problemen voordoen. Maar, in tegenstellling tot de bescherming door een bevriend land, wordt de westerse bescherming vaak aangeboden in ruil voor het afstand nemen van het dienen van de belangen van de eigen bevolking of land door deze leiders.
Afrikaanse leiders zouden handelen in het belang van hun eigen bevolking als ze niet constant zouden worden achtervolgd en getiranniseerd door koloniale landen.
In 1958, bang voor de gevolgen voor het kiezen voor onafhankelijkheid van Frankrijk, verklaarde Leopold Sédar Senghor: “De keuze van Senegalese mensen is zelfstandigheid; zij willen het alleen laten plaatsvinden in vriendschap met Frankrijk, niet in dispuut.”
Vanaf toen accepteerde Frankrijk alleen een “zelfstandigheid op papier” voor zijn koloniën, maar ondertekende bindende “Coöperatieve Overeenstemming”, die de aard van hun relaties met Frankrijk uiteenzette, in het bijzonder banden met Franse Koloniale munteenheden (de Franc), het Franse educatieve systeem, militaire en commerciële voorkeuren.
Hieronder staan de 11 hoofdingrediënten van het kolonisatie-voortzettings-pact sinds de jaren ’50:
#1. Koloniale schuld voor de voordelen van Franse kolonisatie
De recentelijk “zelfstandige” landen zouden moeten betalen voor de infrastructuur gebouwd door Frankrijk in het land gedurende kolonisatie.
Ik moet nog steeds de volledige details over de bedragen, de evaluatie van de koloniale voordelen en de betaaltermijnen uitzoeken opgelegd aan de Afrikaanse landen, maar we zijn ermee bezig (help ons met info).
#2. Automatische confiscatie van nationaal kapitaal
De Afrikaanse landen zouden hun nationale monetaire kapitaal moeten storten op de Franse Centrale bank.
Frankrijk heeft sinds 1961 het nationale kapitaal van veertien Afrikaanse landen vastgehouden: Benin, Burkina Faso, Guinea-Bissau, Ivoorkust, Mali, Niger, Senegal, Togo, Kameroen, Centraal Afrikaanse Republiek, Tsjaad, Congo-Brazzaville, Equatoriaal Guinea en Gabon.
“Het monetaire beleid dat zo een divers geheel van landen bestuurd is ongecompliceerd omdat het, in feite, wordt aangestuurd door de Franse Schatkamer, zonder referenties naar de centrale fiscale autoriteiten van enig van de WAEMU of de CEMAC. Onder de termen van de overeenkomst die deze banken en de CFA heeft ingesteld is de centrale bank van elk Afrikaans land verplicht om tenminste 65% van hun buitenlandse reserves in een “lopende rekening” aan te houden bij de Franse Schatkamer, zowel als nog eens 20% om financiële aansprakelijkheden te dekken.
De CFA centrale banken leggen ook een bovengrens op aan krediet verstrekt aan ieder aangesloten land gelijkwaardig aan 20% van de staatsinkomsten van dat land in het voorafgaande jaar. Hoewel de BEAC en de BCEAO een kaskrediet hebben bij de Franse Schatkamer, zijn opnames van die rekeningen onderhevig aan de toestemming van de Franse Schatkamer. Het laatste woord is dat van de Franse Schatkamer die de buitenlandse reserves van de Afrikaanse landen onder eigen naam op de Franse beurs heeft geïnvesteerd.
Kortom, meer dan 80% van de nationale reserves van deze Afrikaanse landen zijn gestort in de “lopende rekeningen” bestuurd door de Franse Schatkamer. De twee CFA banken zijn Afrikaans in naam, maar voeren geen eigen monetair beleid. De landen zelf weten niet, noch wordt hen verteld, hoeveel van het fonds van buitenlandse reserves die de Franse Schatkamer in bezit houdt aan hen toebehoort als groep of individueel.
De opbrengsten van de investeringen van deze fondsen in de Franse Schatkamer worden geacht te worden toegevoegd aan het fonds maar er wordt geen rekenschap gegeven aan noch de banken noch de landen van de details van dergelijke wijzigingen. De beperkte groep van hoge ambtenaren in de Franse Schatkamer die kennis hebben over de bedragen in de “lopende rekeningen”, waar deze fondsen worden geïnvesteerd; of er winst wordt gemaakt uit deze investeringen; is verboden enige van deze informatie te onthullen naar de CFA banken of de centrale banken van de Afrikaanse staten,” schreef Dr. Gary K. Busch.
De schatting is dat Frankrijk bijna 500 miljard dollar van Afrikaanse landen in zijn schatkist houdt, en zou alles doen om iedereen te bestrijden die licht op deze donkere zijde van het oude imperium wil laten schijnen.
De Afrikaanse landen hebben geen toegang tot dat geld.
Frankrijk staat hen toe slechts 15% van het geld in ongeacht welk jaar op te nemen. Als ze meer willen dan dat dan zullen zij extra geld moeten lenen van hun eigen 65% van de Franse Schatkamer tegen commerciële standaarden.
Om het nog tragischer te maken legt Frankrijk een bovengrens op aan de hoeveelheid geld die landen kunnen lenen van de kredieten. De bovengrens ligt vast op 20% van hun staatsinkomsten in het voorafgaande jaar. Als de landen meer dan 20% van hun eigen geld moeten lenen dan heeft Frankrijk een veto.
Voormalig Franse president Jacques Chirac sprak zich onlangs uit over het geld van de Afrikaanse naties in Franse banken. Hier is een video waarin hij spreekt over het Franse exploitatieschema. Hij spreekt in het Frans maar hier is een kort uitgewerkt fragment: “We moeten eerlijk zijn, en onderkennen dat een groot deel van het geld in onze banken uitgerekend van de exploitatie van het Afrikaanse continent afkomstig is.”
#3. Recht op eerste afwijzing van enige ruwe of natuurlijke bron ontdekt in het land
Frankrijk heeft het eerste recht om alle natuurlijke bronnen die worden ontdekt in het gebied van zijn voormalige koloniën op te kopen. Het is uitsluitend nadat Frankrijk zou zeggen, “Ik ben niet geïnteresseerd” dat het de Afrikaanse landen is toegestaan om andere partners te zoeken.
#4. Prioriteit van Franse belangen en bedrijven in openbare aanbesteding
In het toekennen van overheidscontracten moeten Franse bedrijven als eerste in aanmerking komen, en alleen daarna kunnen deze landen ergens anders zoeken. Het maakt niet uit of de Afrikaanse landen ergens anders meer waar voor hun geld kunnen krijgen.
Als een consequentie zijn, in veel van de voormalige Franse koloniën, alle belangrijke economische bezittingen van de landen in de handen van Franse expats. In Ivoorkust, bijvoorbeeld, bezitten en besturen Franse bedrijven alle belangrijke voorzieningen – water, elektriciteit, telefoon, transport, havens en belangrijke banken. Hetzelfde in handel, bouw en agricultuur.
Uiteindelijk, zoals ik in een vorig artikel heb geschreven, leven Afrikanen nu op een continent in bezit van Europeanen!
#5. Exclusief recht om militaire uitrusting te leveren en de nationale militaire officieren te trainen
Via een verfijnd schema van studiebeursen, giften en “Defensie Overeenkomsten” gekoppeld aan het Koloniale Pact, moeten de Afrikanen hun hogere militaire officieren aanleveren voor training in Frankrijk of door Frankrijk bestuurde trainingfacilitaiten.
De situatie op het continent nu is dat Frankrijk honderden, zelfs duizenden, verraders heeft opgeleid en hen onderhoudt. Zij zijn slapend als zij niet nodig zijn, en geactiveerd zodra nodig voor een staatsgreep of enig ander doel.